In de regio Tavus marz liggen veel dorpen met schrijnde armoede. Vooral werk en een vast inkomen zijn hier de grootste problemen.

In Khachardzan wonen 106 gezinnen, waarvan 40% straatarm is. Het zijn vluchtelingen die als gevolg van het grensconflict tussen Armenië en Azerbeidzjan in 1988 hier naartoe zijn gekomen. In Aghavnavanq is het niet veel anders. Daar wonen 98 vluchtelingengezinnen.

Beide dorpen hebben gunstige voorwaarden voor bijenteelt, want ze worden omringd door bossen en velden met veel bloemen. De honing die daardoor geproduceerd kan worden is zuiver en gezond. De mensen in deze twee dorpen willen graag bijen gaan houden en een inkomen daaruit halen, maar ze weten niet hoe ze dat moeten doen. Ze hebben niet alleen geen geld, maar ook niet de benodigde kennis en praktijkervaring om zich met bijenteelt te gaan bezighouden.

Er is een imker bereid gevonden om de mensen te leren hoe ze bijen moeten houden. Ieder dorp krijgt niet alleen 20 bijenkasten voor 5 arme gezinnen, maar ook beschermende kleding, rookpijpen, een machine waarmee de honing uit de raten geslingerd kan worden en suiker om mee te beginnen.

Een jaar nadat ze begonnen zijn en honing hebben kunnen oogsten, moeten ze gaan uitbreiden van 4 naar 8 bijenkasten per gezin, zodat er dan weer kasten aan een ander dorp (het nabijgelegen Hovq) gegeven worden. Zodoende kunnen de dorpsbewoners niet alleen zelf een inkomen eruit halen, maar ook weer arme buren en familie helpen.

Voor € 572,– kunnen we één arm gezin 4 bijenkasten en de nodige bijbehorende hulpmiddelen geven. Hiermee bieden we ze een kans op werkgelegenheid en een regelmatige bron van inkomsten. 

Na afloop krijgt u van ons een verslag met foto’s en kunt u lezen en zien welk gezin wij dankzij u hebben kunnen helpen.